Er zijn van die films die je meteen weer wilt zien. Buladó was er dit jaar zo een. Een week later zat ik weer in de bioscoop, dit keer met familie. We beleefden Curaçao weer zoals wij het kennen vanuit onze jeugd. Geen witte stranden met design bedden en gepolijste settings, maar het Curaçao met autowrakken, rommelige erven, verveling en loslopende honden.
De film van gisteren was The Midnight Sky van George Clooney. Bij wijze van uitzondering gaan we tegen alle waarschuwingen in aan het einde van de zaterdagmiddag de stad in. Na het parkeren van de fiets in de garage bij de Beurs van Berlage lopen we langs de Bijenkorf. De rij mensen loopt van het Beursplein tot de hoofdingang op de Dam. Maar dat is niet ons doel gelukkig. Wij gaan door naar Scheltema. Daar is het heel aangenaam winkelen. Er zijn mensen binnen, maar het is niet stervensdruk.
Na Scheltema lopen we een Rokin vol kerstverlichting en versiering af. Hier is het nog rustiger. We stoppen eerst bij een kraampje van de horeca onder het NRC. Een glühwein vol smaak met schijfjes sinaasappel. Daarna bij het kraampje van Bar Italia een heerlijke slize pizza met paddenstoelen en truffel. “Het betaalt de huur niet, maar het houdt ons bezig”, verklaart de verkoper.
Dan komen we aan in de nieuw ingerichte zaal van Tuschinksy. Zachte banken en fauteuils in warme kleuren. Iedere plek voorzien van houten, ovale tafeltjes met fraaie schemerlampjes die automatisch dempen en aangaan. Man heeft een flesje wijn en versnaperingen mee. En in de zaal zitten maar een handjevol mensen. Wat een luxe, wat een feest dit nieuwe Amsterdam.

The Midnight Sky. In het drukke bestaan is het niet echt doorgedrongen naar welke film we gaan. Iets met George Clooney en de Noordpool. Ja klinkt goed, doen we! Want met de oplopende besmettingscijfers krijg ik een laatste kans gevoel.
Hebben wij nog een laatste kans, denk ik na het zien van de film. Nog intenser dan na An Inconvenient Truth en andere waarschuwingsfilms dringt tot mij door dat het genoemde jaartal 2049 van The Midnight Sky niet zo heel ver in de toekomst ligt. Wij zijn dan begin tachtig. Zoon is dan een jaar of veertig. Heeft misschien zelf jonge kinderen. Zou de planeet dan al onleefbaar zijn?
Behalve een ultieme wake-up call is de film gewoon ontzettend fraai. Fraai qua architectuur, qua landschap, qua verhaal. De vormgeving en het interieur van het NASA- ruimteschip Aether en van het onderzoekscentrum, je zou er zo willen wonen. Het ijzige landschap met schimmen van wolven en heftige sneeuwstormen, afgewisseld met prachtig licht van een bleek doorkomend zonnetje of de sterrenhemel. De Midnight Sky is een lust voor het oog.
Met de stelling “plotmatig een rommeltje” en “gehengel naar tranen” ben ik het niet eens. Het had inderdaad iets minder gemogen met de vioolmuziek, maar verplaats jezelf eens in die situatie. En de rol die Clooney zichzelf heeft toebedeeld, van nukkige onderzoeker die toch langzaam ontdooit voor de dochter die hij nooit heeft zien opgroeien, maakt inderdaad een traantje bij mij los. De film blijft hangen en de volgende ochtend probeer je nog fragmenten te plaatsen. Dat maakt dat ik hem binnenkort nog een keer wil gaan zien. Tenminste, als die kans er nog is na de eerstvolgende persconferentie.
En anders wordt het ’t boek: Good Morning, Midnight’ van Lily Brooks-Dalton.